Onderzoek met geslachtscellen en/of (rest)embryo's
Wetenschappelijk onderzoek met embryo’s, en met geslachtscellen waarbij embryo’s tot stand worden gebracht, valt onder de Embryowet. In artikel 3, lid 2 van de Embryowet is vastgelegd dat dit type onderzoek wordt getoetst door de CCMO.
Wetenschappelijk onderzoek met geslachtscellen waarbij geen embryo’s tot stand worden gebracht en waarbij de geslachtscellen speciaal voor het onderzoek ter beschikking moeten worden gebracht, valt onder het toetsingsregime van de Wet medisch-wetenschappelijk onderzoek met mensen (WMO). In artikel 1, onderdeel c van het Besluit Centrale Beoordeling (BCB) is vastgelegd dat toetsing van dit type onderzoek ook is voorbehouden aan de CCMO.
Onderzoek met geslachtscellen die overblijven na een ivf- of KI-behandeling, hoeft niet te worden getoetst onder de WMO of de Embryowet.
De Embryowet verplicht instellingen waar buiten het lichaam embryo’s tot stand worden gebracht een protocol vast te stellen voor handelingen met geslachtscellen en embryo’s (Embryowet artikel 2).
Hoofdpunten Embryowet
De Embryowet verbiedt het kloneren van mensen, geslachtskeuze en het tot stand brengen van mens-diercombinaties. Ook verbiedt de wet om het erfelijke materiaal in de kern van geslachtscellen of embryo’s te wijzigen. Geslachtscellen en embryo’s die niet langer voor de eigen zwangerschap worden gebruikt (bijvoorbeeld na ivf), mogen wel gebruikt worden voor:
- donatie,
- het in kweek brengen van embryonale stamcellen,
- wetenschappelijk onderzoek.
Degenen van wie de geslachtscellen afkomstig zijn of voor wie het embryo oorspronkelijk was bestemd, moeten hier hun toestemming voor verlenen. Voorwaarden voor wetenschappelijk onderzoek:
- het moet zeker zijn dat de kennis die het onderzoek zal opleveren van belang is voor de geneeskunde;
- er mag geen alternatieve onderzoeksmethode zijn;
- de CCMO of een erkende METC moet vooraf haar goedkeuring geven.
De Embryowet verbiedt het genereren van embryo’s speciaal voor wetenschappelijk onderzoek.